Inspraak

De gemeenteraad is verantwoordelijk om een beleid te voeren op het vlak van betrokkenheid en inspraak van burgers en diverse doelgroepen zoals beschreven in het decreet lokaal bestuur. Naast de mogelijkheid om klachten in te dienen kunnen burgers voorstellen indienen, verzoekschriften neerleggen of het initiatief nemen tot een volksraadpleging (DLB art. 304 - 325). 

Wat zijn voorstellen van burgers?

Inwoners hebben het recht hebben om voorstellen en vragen over de gemeentelijke beleidsvoering en dienstverlening op de agenda van de gemeenteraad te laten inschrijven en om deze agendapunten op de gemeenteraad te komen toelichten.
De voorstellen of vragen moeten door de indiener in een gemotiveerde nota nader omschreven worden. Bij de nota mogen ook alle nuttige stukken gevoegd worden die de gemeenteraad kunnen voorlichten.

Verschil met "verzoekschrift aan de gemeenteraad"?

Wie voldoende handtekeningen verzamelt, kan dat punt op de agenda van de gemeenteraad laten plaatsen en kan de kwestie ook zelf toelichten tijdens de zitting. Voor een verzoekschrift zijn geen handtekeningen vereist. De gemeenteraad is in het geval van een verzoekschrift ook niet verplicht om de indiener te horen.

Wat is de procedure?

Om een voorstel geldig te laten agenderen op de gemeenteraad, dient het verzoek gesteund te zijn door ten minste 300 inwoners ouder dan 16 jaar. Zowel de aanvrager als alle ondertekenaars moeten inwoners zijn van de gemeente Koksijde.
Het verzoek moet samen met de nodige handtekeningen, per aangetekende brief gestuurd worden naar het college van burgemeester en schepenen, Zeelaan 303, 8670 Koksijde.
Het verzoek moet minstens twintig dagen voor de dag van de vergadering van de gemeenteraad bij het college van burgemeester en schepenen ingediend zijn om op de eerstvolgende gemeenteraadszitting te kunnen worden behandeld, zo niet wordt het verzoek behandeld op de daaropvolgende gemeenteraad.

Een verzoek is een vraag aan een orgaan van de gemeente om iets te doen of te laten. Uit de tekst van het verzoekschrift moet de vraag duidelijk zijn.
Iedere burger heeft het recht verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van de gemeente in te dienen. De organen van de gemeente zijn de gemeenteraad, het college van burgemeester en schepenen, de voorzitter van de gemeenteraad, de burgemeester, de algemeen directeur en elk ander orgaan van de gemeente dat als overheid optreedt.
De verzoekschriften worden aan het orgaan van de gemeente gericht, tot wiens bevoegdheid de inhoud van het verzoek behoort. Komt een verzoekschrift niet bij het juiste orgaan aan, dan bezorgt dit orgaan het verzoek aan de juiste bestemmeling.
Verzoekschriften die een onderwerp betreffen dat niet tot de bevoegdheid van de gemeente behoort, zijn onontvankelijk.
Een schriftelijke vraag wordt niet als verzoekschrift beschouwd als:

  • de vraag onredelijk is of te vaag geformuleerd
  • het een loutere mening is en geen concreet verzoek
  • de vraag anoniem, zonder vermelding van naam en voornaam en adres, werd ingediend
  • het taalgebruik ervan beledigend is

Het orgaan of de voorzitter van de gemeenteraad doet deze beoordeling. Hij kan de indiener om een nieuw geformuleerd verzoekschrift vragen zodat het wel voldoet aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden.

Betreft het een verzoekschrift voor de gemeenteraad, dan plaatst de voorzitter van de gemeenteraad het verzoekschrift op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad indien het verzoekschrift minstens 14 dagen voor de vergadering werd ontvangen. Wordt het verzoekschrift later ingediend, dan komt het op de agenda van de volgende vergadering.
De gemeenteraad kan de bij hem ingediende verzoekschriften naar het college van burgemeester en schepenen of naar een gemeenteraadscommissie verwijzen met het verzoek om over de inhoud ervan uitleg te verstrekken.
De verzoeker of, indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift, kan worden gehoord door het betrokken orgaan van de gemeente. In dat geval heeft de verzoeker of de eerste ondertekenaar van een verzoekschrift het recht zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze.
Het betrokken orgaan van de gemeente verstrekt, binnen drie maanden na de indiening van het verzoekschrift, een gemotiveerd antwoord aan de verzoeker of, indien het verzoekschrift door meer personen ondertekend is, aan de eerste ondertekenaar van het verzoekschrift.

Wat is een volksraadpleging?

Artikel 305 en 309 van het decereet lokaal bestuur bepaalt dat de gemeenteraad, op eigen initiatief of op verzoek van de inwoners van de gemeente, kan beslissen om de inwoners te raadplegen over een aangelegenheid van gemeentelijk belang. Bij een gemeentelijke volksraadpleging geven de kiezers hun mening over een bepaald onderwerp.

Wie?

Om een verzoek in te dienen voor een volksraadpleging of om eraan deel te nemen als kiezer, dient men aan de volgende voorwaarden te voldoen:

  • in het bevolkingsregister van de gemeente ingeschreven of vermeld zijn
  • de volle leeftijd van zestien jaar bereikt hebben
  • niet het voorwerp uitmaken van een veroordeling of beslissing die voor een gemeenteraadskiezer de uitsluiting of schorsing van het kiesrecht meebrengt

De procedure

Elk verzoek tot het houden van een volksraadpleging dient aan de hand van een aangetekende brief gericht te worden aan het college van burgemeester en schepenen. Hiervoor gebruik je bij voorkeur onderstaand formulier. Bij het verzoek worden een gemotiveerde nota gevoegd en de stukken die de gemeenteraad kunnen voorlichten.
Voor de gemeente Koksijde moet het verzoek gepaard gaan met de naam, voornaam, geboortedatum en woonplaats van minstens 3.000 inwoners die het verzoekschrift ondertekenden.
Het college van burgemeester en schepenen onderzoekt en beoordeelt de geldigheid van het verzoek. Als het nodige aantal geldige handtekeningen is bereikt zal de gemeenteraad overgaan tot de organisatie van de volksraadpleging.
Deelname aan de volksraadpleging is niet verplicht. Elke deelnemer heeft recht op één stem. Er wordt geheim gestemd.

De uitslag

Tot het tellen van de stemmen wordt pas overgegaan indien ten minste 3.000 kiezers aan de raadpleging hebben deelgenomen.
Het resultaat van de stemming houdt voor het gemeentebestuur geen verbintenissen in.