U bent hier

Transmobil: slimmer op weg 'over de schreve'

In de grensoverschrijdende Westhoek is het openbaar vervoer minder uitgebouwd, zijn er amper grensoverschrijdende verbindingen en weinig tot geen alternatieven voor je eigen wagen.

Transmobil geeft je de mogelijkheid om toch mobiel te zijn.

Grensoverschrijdend netwerk van hubs

Hubs zijn plaatsen waar je terechtkan voor dienstverlening op het vlak van mobiliteit, maar ook sociaal en commercieel.

  • In sommige hubs kan je een fiets ontlenen en boodschappen doen bij een lokale kruidenier.
  • In andere hubs neem je een taxi naar de dichtstbijzijnde bushalte over de grens.
  • Nog andere hubs zijn: treinstations met aansluiting op busverbindingen en carpoolparkings.

De mobiliteitskaart geeft je een overzicht van het spoor-, bus- en tramnet in de grensoverschrijdende regio.

Bovendien vind je op deze kaart ook 18 mobiliteitshubs, waar je makkelijk switcht tussen trein, bus, fiets- of deelauto.

Meer informatie op de website van transmobil

Locaties

9 hub-locaties aan beide kanten van de grens.

  • België: Adinkerke (De Panne), Veurne, Koksijde, Kortemark, Klerken (Houthulst), Oostvleteren (Vleteren), Krombeke (Poperinge), Poperinge, Ieper.
  • Frankrijk: Hondschoote, Bergues, Watten (Eperlecques), Esquelbecq, Arnèke, Bavinchove (Cassel), Hazebrouck, Bailleul, Nieppe.

In dit project ligt de focus op de lancering van extra mobiliteitsondersteunende voorzieningen (fietsenstalling, fietspomp, laadpaal, deelfietsen, deelwagen), gekoppeld aan het bestaande aanbod.

Partners 

De hubs worden ontwikkeld door drie projectpartners (de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden WVI, CCHF, CCFI). Zij ontwikkelen elk op zich (en binnen hun eigen werkgebied) een aantal hubs. De diverse hubs bevinden zich in een verschillend stadium van ontwikkeling.

Transmobil zorgt voor de uitwisseling van expertise, wederzijds stimuleren en inspireren van de partners bij de ontwikkeling van deze hubs. Transmobil verbindt de hubs met elkaar in een ruimer netwerk (door ze o.a. te laten aansluiten op de functionele fietsnetwerken) dat de potentie heeft om in de toekomst verder te groeien.

Bij het dienstenaanbod in de diverse hubs focussen de projectpartners zich vooral, maar niet uitsluitend, op mobiliteit. Het beoogde uitrustingsniveau verschilt per hub, er zijn verschillen in belang en grootte van de locaties, de diverse hubs bevinden zich in een verschillend stadium van ontwikkeling, ...

In functie van de focus van het dienstenaanbod en het gewenste uitrustingsniveau delen we de hubs op in vier categorieën. Deze categorisering is indicatief, zonder limitatief te zijn of een ander uiteindelijk ontwikkelingsdoel uit te sluiten. De verdere ontwikkeling van de hubs is immers een evolutief gebeuren dat zich aanpast aan de wijzigende lokale vraag naar diensten.

De categorisering geeft aan waar de partners momenteel de klemtoon op leggen. We geven aan welke voorzieningen al aanwezig zijn en nog voorzien worden, al dan niet binnen het project Transmobil.